eigenlijk Philippe Huc Derème, Frans dichter (Marmande 13 Febr. 1889 Saint-Pée, Basses-Pyr., 31 Oct. 1941), speelde reeds in zijn jeugdjaren een actieve rol in de groep van de fantastische dichters. Zijn eerste gedichten verschenen in 1905: Le Renard et le Corbeau, Le Tiroir secret (1906).
Verborgen achter veel uiterlijke fantasie, merkt men in deze gedichten reeds een charmante gevoeligheid. Met virtuositeit, beheerste emotie en fijne ironie bezingt hij de eeuwige onderwerpen: liefde, jeugd, vriendschap. Hij houdt zich daarbij echter aan de oude wetten van de poëzie en de regels van het rijm. Hij werd in 1922 gekozen tot lid van de Pléiade.Bibl.: La Chimère vaincue (1907); Le Parfum des roses fanées (1908); Les Ironies sentimentales (1909); Petits Poèmes (1910); La Flûte fleurie (1913); Le Poème de la Pipe et de l’Escargot (1912, 2e éd. 1920); Le Poème des Chimères étranglées (1921); La Verdure dorée (1922), een verzameling van de voorafgaande bundels; l’Enlèvement sans clair de lune (1924); Le Zodiaque (1927); Poème des Colombes (1929); Caprice (1930); Le Poisson rouge (1934) ; Le Violon des Muses (1935) ; La Libellule violette (1942); Songes de papier (1944)-
Lit.: H. Martineau, T. D. (1927).
