IJslands aard- en aardrijkskundige (eiland Flatey, ten N.W. van Ijsland, 6 Juni 1855 - Reykjavik 28 Sept. 1921), werd na zijn studie en verschillende reizen in 1886 leraar aan het gymnasium te Reykjavik; in 1894 vestigde hij zich te Kopenhagen, waar hij als honorair hoogleraar werkzaam was. Door een jarenlang, systematisch onderzoek heeft hij een volledige aard- en aardrijkskundige opname van Ijsland voltooid.
Bibl.: Oversigt over de islandske Vulkaners Historie (Kobenhavn 1882); Geologiske Iakttagelser paa Snaefellsnes og i Omegnen af Faxebugten i Island (Stockholm 1891); Lysing Islands (2de dr., Kobenhavn 1900); Island, Grundriss d. Geogr. u. Geologie (vervolgafl. 152 en 153 bij Petermanns Mitt., Gotha 1906); uitg. v. e. Geological Map of Iceland (2 bladen, Kobenhavn 1901); Die Gesch. d. isländischen Vulkane (Kopenhagen 1925, volgens een manuscript uit ca 1912). Zijn autobiografie verscheen 1921 -’24 in 3 dln.