Sir, Engels jurist (Poynings, Sussex, 17 Juli 1835 - 24 Mei 1926), was hoogleraar in het volkenrecht aan de universiteit te Oxford van 1874 tot 1910. Op volkenrechtelijk gebied maakte hij zich verdienstelijk zowel door de editie van klassieke auteurs als Gentili, Zouche en Legnano, alsook door bijdragen omtrent moderne problemen, speciaal van landen zeeoorlogsrecht, bijdragen die herhaaldelijk door de Britse regering als basis voor haar reglementen werden aanvaard.
Voorts verwierf hij zich naam als rechtstheoreticus, vooral door zijn werk Elements of Jurisprudence (1ste ed. 1880).Bibl.: Elements of Jurisprudence (1ste dr., Oxford 1880, 13de herz. dr., Oxford 1924); The Laws and Customs of War on Land (London 1904); Letters to „the Times” upon War and Neutrality (London 1909-1916); Alberici Gentilis de Iure Belli Libri Tres (Oxford 1877).
Lit.: T. E. Holland, A Valedictory Retrospect (Oxford 1910); A. P. Higgins en J. L.
Brierly, in dl 42, Law Quart. Review, 1926, p. 471; A. Pearce Higgins, in: Recueil des Cours, t. 40 (1932); voorts: Am. Jrn. of Internat. Law, XX (1926), blz. 516 v.v.; W. S.
Holdsworth, Prof. Sir Th. E. H. 1835-1926 (1927).
