Westduitse stad in het Land Noordrijnland-Westfalen met (1952) 33010 inw. (1939: 30 215; 1945: 27 207), V, R.K., ligt nabij de Ned. grens aan de spoorlijn Aken - Keulen. Het heeft een i6de-eeuws kasteel.
Vroeger had het zink- en loodmijnbouw, thans is de metaalindustrie (vooral koper), die hier in het begin van de 17de eeuw door Protestantse uitgewekenen uit Aken gevestigd werd, hoofdmiddel van bestaan. Verder is er glas- en kalkindustrie. De reeds in 1277 genoemde plaats behoorde tot 1794 aan de graven van Kesselstadt, kwam in 1815 aan Pruisen en werd in 1856 stad.