(Xanthium L.), plantengeslacht uit de familie der Composieten met 4 soorten in de gematigde en warmere gewesten, 1-jarige vertakte ruderaalplanten met verspreide, meest 3lobbige bladen en 1-huizige groenachtige bloemen, mannelijke zonder kelk en met een buisvormige kroon en vrije helmknoppen in van een veelbladig omwindsel en stroschubben voorziene veelbloemige en tot een eindstandige bloeiwijze verenigde bolle hoofdjes, vrouwelijke zonder kelk of kroon in 2-bloemige hoofdjes met 2 vergroeide omwindselblaadjes, zittend in de bladoksels en uitgroeiend tot een stekelige 2-hokkige schijnvrucht.
Alle 4 zijn in Nederland adventief gevonden: X. spinosum L., met van onderen witviltige bladen en 2 gele 3-delige doorns naast de bladvoet, waarschijnlijk stammend uit Zuid-Amerika, maar thans alom verspreid, X. strumarium L., met groene schijnvruchten, X. saccharalum Wallr. en X. riparium Itz. et Hertsch, met bruine vruchten met veel resp. weinig haakvormige stekels naast rechte.