Nederlands dichter (Neede 22 Mrt 1627 - Zwolle Dec. 1673), was predikant te Eibergen. Bij de inval der Munstersen in 1665 nam hij enige tijd de wijk naar Holland en leidde bij zijn terugkeer een eenzaam leven.
In 1672 moest hij wederom vluchten en ontmoette te Alkmaar Justina, gravin van Nassau, vrijvrouwe van Schagen, aan wie hij de berijmde vertaling van Jeremia’s klaagliederen opdroeg. Hij aanvaardde een beroep te Rouveen, doch overleed kort daarna. Hij heeft een aantal, meest godsdienstig getinte, gedichten geschreven.Bibl.: Vreugde- en liefdezangen; Vertaling der Psalmen; Het Buitenleven; Eenzaem huys- en winterleven; Triumpheerende Christus; Lof op Maria; Verzamelde werken (vaak herdr., het laatst in 1861, met biografie).