Bulgaars dichter (Trewna 27 Apr. 1866 - Brunate, bij Como, 10 Juni 1912), was directeur van het Nationale Theater en de Nationale Bibliotheek te Sofia en schreef verschillende dichtbundels.
Zijn hoofdwerk is het onvoltooid gebleven epos Het bloedige lied (3 dln, 1911-’13), waarin hij de opheffing van zijn volk in 1876 bezongen heeft.
Bibl.: Himni za smart’ta na svarhčoveka (Hymnen op de dood van de Übermensch), Cis Moll (gedicht gewijd aan Beethoven). Na ostrova na blažennite (op het eiland der zaligen). Voorts verzamelingen v. Bulgaarse volksliederen en enige werken over Bulg. en buitenl. lit. Verz. werken (7 dln, 1921-’25).
Lit.: Balgarski pisateli (Bulgaarse Schrijvers, onder red. v. Marnaudow, Sofia 1930).
