naam van een der aanzienlijkste Amsterdamse regentenfamilies. Nog tal van nakomelingen in rechte linie zijn heden in leven. Charles Six, de stamvader van de Nederlandse tak, geb. te St Omer, vestigde zich in het eind der 16de eeuw als blauwverver te Amsterdam.
Tot ca 1652 dreven zijn kinderen en kleinkinderen een zijdeververij aan de Overtoom. Daarna vindt men de Six’en in bijna onafgebroken reeks in de hoogste ambten. Jan Six (gest. 1700), vroedschap, schepen en burgemeester, maakte zich bekend als kunstkenner, kunstbeschermer en verzamelaar van kunstvoorwerpen. Zijn portret, door Rembrandt geschilderd, bevindt zich nog steeds in de verzameling van de Six-stichting. Zijn zoon Jan Six (gest. 1750), een der rijkste ingezetenen van Amsterdam, bekleedde zestienmaal het ambt van burgemeester; in 1748 werd hij door Willem IV geremoveerd. Een tweetal leden van het geslacht, behorende tot de oudste tak (Oterleek) en de jongste tak (Hillegom en Vromade), werd in 1815, resp. in 1841 in de adelstand verheven, resp. ingelijfd. Tot de jongste tak behoorde o.a. jhr Jan Six.