balzak, is de uitwendige omhulling van de zaadballen. Hij bestaat uit een sterk gerimpelde, behaarde huid, een spierlaag, waarin vele lymphvaten lopen, en de tunica vaginalis, een voortzetting van het buikvlies.
De geslachtsklieren kunnen slechts zaad (sperma) produceren bij een temperatuur, die enige graden lager ligt dan de lichaamstemperatuur. Het scrotum heeft dan ook de taak, de optimale temperatuur te handhaven. Dit geschiedt door1. de donkere huid, die gemakkelijk warmte kan uitstralen;
2. de vele zweetklieren, die door afscheiding van zweet voor afkoeling kunnen zorgen;
3. de spierlaag (tunica dartos): deze trekt zich samen bij koude, zodat de zaadballen tegen het lichaam worden aangedrukt en verslapt bij warmte, waardoor de zaadballen verder van het lichaam afstaan.
A. WESSELIUS-DE CASPARIS
