Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-10-2024

SCOTT FITZGERALD, francis

betekenis & definitie

Amerikaans romanschrijver (St Paul, Minn., 24 Sept. 1896 - Hollywood 21 Dec. 1940), perfecte vertolker van de generatie, die volwassen werd in de jaren 1919-1929. Men noemt die periode de „jazz age”, tijd van desillusie, uitbundigheid en stoerheid, de tijd van de „vlammende jeugd”.

Zijn eerste boek, This Side of Paradise (1920), bezorgde hem een reputatie, die hij met grote energie heeft willen ophouden. The Great Gatsby (1925), geheel in stijl en met een prachtig élan geschreven, vestigde zijn naam als kunstenaar. Zijn tragiek is dat hij het groeiproces van zijn generatie niet heeft kunnen volgen; de les uit de jaren der depressie kon hij niet leren. In meer dan één zin verbitterd, bracht hij zijn laatste jaren, bijna als een onbekende, in Hollywood door.Bibl. (voorn. werken): Flappers and Philosophers (Short Stories, 1920); The Beautiful and Damned (1921); Tales of the Jazz Age (1922); All the Sad Young Men (Short Stories, 1926); Tender is the Night (1934); Taps at Reveille (Short Stories, 1935); The Last Tycoon (1941); The Crack-Up (1945, notities, brieven, fragmenten, uitg. Ed. Wilson).

Lit.: F. S. F.: the Man and His Work, ed. A. Kazin (1951); A. Mizener, Far Side of Paradise (1951).

Sleutelroman over hem: Budd W. Schulberg, The Disenchanted (1951).

< >