Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-10-2024

RIVET, paul

betekenis & definitie

Frans ethnoloog en taalgeleerde (Wasigny 7 Mei 1876), was eerst militair arts, werd in 1909 onderdirecteur van het anthropologisch laboratorium bij het Musée d’histoire naturelle te Parijs, in 1928 hoogleraar in de ethnografie en directeur van het Musée d’ethnographie du Trocadéro. Hij deed talrijke onderzoekingen in Noord- en Zuid-Amerika en opgravingen in Yucatan.

Zijn hoofddoel is het onderzoek van de samenhang tussen de cultuur van de volkeren van Zuid-Amerika en Oost-Azië.Bibl.: Les Incas (2 dln, 1908); La culture des Mexicains (2 dln, 1909); Les langages de l’Amérique du Sud (1912); Langues américaines (in: Les langues du monde van Meillet-Cohen 1924); met Tastevin, Les langues arawak du Purús et Juruá (Journ. Soc. Amer. 1940); Le groupe Kokonuko (J.S. Am. 1941); Un dialect hoka colombien: le yurumangi (J.S. Am. 1942 en 1947); La lengua Chocó (Revista d. Inst.

Etnol. Nac. 1944); La famille linguistique Guahibo (J.S. Am. 1948).

< >