Christenen van het Iberisch schiereiland, die gedurende de Mohammedaanse overheersing bepaalde karaktertrekken van de Arabische beschaving assimileerden, zonder afstand te doen van hun Christen-geloof. Zij mochten vrij hun godsdienst belijden, doch kregen geen toegang tot de openbare ambten.
Zij bedienden zich van het Arabisch als culturele voertaal en gebruikten haar ook in de liturgie (Mozarabisch ritueel). Toen de Moren op het einde van de 15de eeuw uit Spanje verdreven werden, gingen zij volledig in de Spaanse gemeenschap op en verloren zij ook geleidelijk hun Arabische karaktertrekken.Bibl.: F. J. Simonet, Historia de los Mozarabes de España (Madrid 1903).