Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-12-2022

Marie-Thérèse Rodet GEOFFRIN

betekenis & definitie

Mme, (Parijs 2 Juni 1699 6 Oct. 1777), was de dochter van een lakei. Weduwe geworden van een rijke burgerman, is zij bekend geworden als houdster van een Salon; als zodanig neemt zij in 1749 de plaats in, die Mme Tencin tot zover had vervuld.

Zij ontving er, in de Rue St-Honoré, ’s Maandags beeldende kunstenaars (o.a. Boucher, La Tour, Bouchardon), ’s Woendags letterkundigen (o.a. Fontenelle, Marivaux, Voltaire, Montesquieu, Marmontel), ook vaak vreemdelingen (o.a. abbé Galiani, Horace Walpole, prins St.-A. Poniatowski die in 1764 koning van Polen werd).

Hoewel zelf zonder veel ontwikkeling, hield zij er van, zich te omringen met dichters en filosofen, steunde dezen ook financieel als dat nodig was en wist haar ontvangstmiddagen uitstekend te leiden. Zij is nog altijd belangrijk voor de kennis van haar tijd en haar tijdgenoten door haar correspondentie.Bibl.: Lettres (1812); Lettres inédites k G. Cramer et à l’abbé de Breteuil, p.p. Tourneux in: Rev. d’Hist. Litt. de la France (1894); M.

G. de Mony, Correspondance inédite du roi St.-A. Poniatowski et Mme G. (1875).

Lit.: A. Tornezy, Un bureau d’esprit au XVIIIe siècle, le salon de Mme G. (1896); De Ségur, Le Royaume de la rue Saint Honoré, Mme G. et sa fille (1897); D. Mornet, Les Salons, in: La vie parisienne au XVIIIe siècle (1914); F. Nozière, Mme G. in: Les grands salons litt.

Conférences du Musée Camavalet (1928).

< >