( LI. de Oude), een der zgn. Cynfeirdd, was een Noordbritse vorst in de 2de helft van de 6de eeuw en neef van de beroemde Urien van Rheged, wiens val hij bezong.
In andere gedichten klaagt hij over het sneuvelen van zijn 24 zoons en over het ongemak van de oude dag. Het is vrijwel zeker, dat deze strofen niet het werk van hem zelf zijn, doch poëtische fragmenten van een sage, waarvan hij een hoofdfiguur is. Hoogstwaarschijnlijk is deze roman, waarvan de prozaomlijsting verloren ging, geschreven in de gde eeuw in Oost-Powys (Midden-Wales) (z Kymrische taal en letterkunde).
