Indisch auteur (1864-1913), bekleedt onder de moderne Bengaalse auteurs een vooraanstaande plaats (z Bengalen, Bengaalse taal- en letterkunde). Hij, debuteerde met enkele toneelstukken, waarin hij de Engelse bureaucratie hekelde.
Na de dood van zijn vrouw schreef hij een aantal historische drama’s met sociale en nationalistische tendens, die in alle moderne Indische talen vertaald werden, o.a. Mevārpatan, Durgādās, Candragupta en Śāhjahān. Zijn grootste roem dankt hij echter aan zijn diepgevoelde nationale gedichten, waaronder het in Indië zeer geliefde Amar Deś (Mijn Moederland).