Engels taalkundige (in Derbyshire 1789 - Water Shelford 27 Mei 1876) studeerde theologie te Aberdeen en Gambridge, was van 1829-1840 chaplain van de Engelse kerk te Amsterdam en Rotterdam. In Nederland schreef hij o.a. zijn Angelsaksisch woordenboek.
In 1858 werd hij hoogleraar in het Angelsaksisch te Gambridge.Bibl.: Elements of Anglo-Saxon Graramar (1823, herzien 1826); The origin of the Dutch (1836); An Anglo-Saxon dictionary (1838 herz. uitg. door T. Toller 1882-1898; Suppl. 1921); Scandinavian literature (1839). A compendious Anglo-Saxon and English dictionary (1848, 7de dr. 1901); King Alfred’s Orosius (1855, 1859); The Gothic and Anglo-Saxon Gospels (1865, 3de dr. 1888).