Mexicaans geleerde en paedagoog (Oaxaca 28 Febr. 1882), studeerde rechten te Mexico, bereisde heel Noord- en Zuid-Amerika en trok de aandacht door zijn essays op opvoedkundig en wijsgerig gebied. Als rector van de universiteit der hoofdstad (1920-’24) heeft hij het peil der wetenschapsbeoefening aldaar hoog opgevoerd.
Ook heeft hij als minister van Onderwijs (1920-’25) het lager en middelbaar onderwijs hervormd. Teleurgesteld door politiek geharrewar (hij was candidaat voor het presidentschap in 1929), bracht hij vele jaren reizende in Amerika en Europa door. Zijn amerikanistische ideeën zijn belichaamd in de werken La raza cósmica (Paris 1925) en Indologia (Paris 1927). Met Indologia bedoelt hij de cultuur van Ibero-Amerika, dat tegelijkertijd Indo-Amerika is. Hij is er van overtuigd, dat de verschillende rassen, zowel in de Ibero-Amerikaanse republieken als die in het Angelsaksische Amerika een leidende functie in de toekomst zullen vervullen. Beider culturen zijn geen tegenpolen, maar moeten de zuilen worden van één overkoepelende cultuur van pan-Amerika. Hij is thans directeur van de Biblioteca Nacional te Mexico.Bibl.: José Maria Rodriguez, Poetasy bufones (Paris 1926).
