Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 18-10-2023

HAMMÂDIEDEN

betekenis & definitie

Berberdynastie (1014-1152) in Noord-Afrika. Hun rijk kwam voort uit dat der Zïrieden, die zich in de 10de eeuw van de Fâtimieden hadden afgescheiden.

De stamvader van deze dynastie, Hammâd ibn Bolokkin, had in 1008 de sterke vesting Kal’at Banî Hammâd in Algerië gebouwd en begon van hieruit zich tegen de Zîrieden, zijn bloedverwanten, te verzetten. Onder zijn opvolgers veroverden de Hammâdieden zelfs Fez, maar van de omstreeks deze tijd plaats hebbende invallen der Hilâl-Arabieren in Noord-Afrika hadden zij veel te lijden. In 1090 werd de residentie naar het nieuw gestichte Bidjaya (Bougie) verlegd. Daarna begonnen conflicten met de Almoravieden, die ten slotte in 1152 aan de Hammâdiedendynastie een einde maakten.

< >