(Joachim Wilhelm) (Philipp) von, Duits rechtsgeleerde (Vietzmannsdorf, Ukermark, 14 Oct. 1829 - München 4 Febr. 1889), kan door zijn ruime opvattingen beschouwd worden als een der voorlopers van de zgn. moderne richting in het strafrecht. Sinds 1861 was hij buitengewoon hoogleraar te Berlijn.
Zijn voornaamste wetenschappelijke arbeid dateert van na zijn benoeming tot gewoon hoogleraar te München (1873). Hij heeft veel gedaan voor verbetering van het gevangeniswezen en krachtig medegewerkt tot het verspreiden zijner denkbeelden in verzamelwerken op verschillende gebieden van het recht.Bibl.: Das irische Gefangnissystem (1859); Die Deportation als Strafmittel (1859); Sammlung gemeinverständlicher wissenschaftlicher Vorträge (1866, met Virchow); Handbuch des deutschen Strafrechts (4 dln, 1872-1877); Das Verbrechen des Mordes und die Todesstrafe (1875); Der Priesterzölibat (1875); Wesen und Werth der öffentlichen Meinung (1879); Handbuch des deutschen Strafprozessrechts (2 dln, 1879); Handbuch des Völkerrechts auf Grundlage enz. Staatspraxis (4 dln, 1885-1890); Handbuch des Gefängniswesens (1888); Encyclopaedie der Rechtswissenschaft (3 dln, 1870-71, 7de dr., 5 dln, 1913-1915).
Lit.: F. Stoerk, F. v. H. (Hamburg 1889, Samml. gemeinverst. wiss. Vorträge N.F. III, 71).