Belgisch socialist (Gent 6 Juli 1856 - 18 Febr. 1938), was de zoon van een schoenmaker en had een harde jeugd eerst als kantoorbediende, later als letterzetter. Reeds vroeg ging zijn belangstelling naar de socialistische actie en onderscheidde hij zich als vurig propagandist.
In 1885 was hij mede-oprichter van de Belgische Werkliedenpartij, thans Belgische Socialistische Partij. Hij gaf blijk van een merkwaardig organisatietalent als directeur van de in 1880 te Gent gestichte coöperatieve maatschappij Vooruit, die hij binnen de 20 jaar tot een van de machtigste coöperaties van het vasteland opwerkte. Hij beschikte over een krachtig oratorisch talent, dat hij liet gelden in de Kamer, waar hij van 1894 af zetelde. Hij speelde een eersterangs rol in de grote socialistische campagnes vóór 1914, voor het algemeen stemrecht, voor de persoonlijke dienstplicht, enz. Hij was minister van Openbare Werken van 1918 tot 1921 en van Spoorwegen en P.T.T. van 1925 tot 1927; hij werd minister van Staat in 1930. Zijn laatste jaren werden versomberd door het failliet, in 1934, van de Bank van de Arbeid, waarvan hij de spil was geweest. Hij schreef een roman, Voor 't volk geofferd (1881), waarin het leven van een socialistisch propagandist, Emiel Moyson, wordt uitgebeeld.J. STENGERS.