klassiek filoloog (Leipzig 2 Jan. 1802 - 1 Aug. 1883), uitgever van ontelbare critische uitgaven van Griekse schrijvers, was zeer belezen in de Griekse literatuur. Van 1828-1833 was hij buitengewoon hoogleraar te Leipzig.
In de volgende 50 jaren als privaat geleerde, heeft hij met onverdroten ijver de ene auteur na de andere uitgegeven, uit alle tijdperken van de Griekse letterkunde, van Homerus tot de Byzantijnen. Hoewel vele van deze uitgaven niet meer voldoen aan de eisen, die tegenwoordig een filologisch-critische editie aan een auteur stelt, en andere reeds lang verouderd zijn, is zijn œuvre zo omvangrijk, dat de naam van deze geleerde als die van een der eersten onder de klassieke filologen zal blijven voortleven. Zijn Poetae scenici Graeci (5de dr. 1869) is een veel gebruikt handboek. Verder is door zijn medewerking en die van zijn broeder, in verbinding met Hase, Dübner en Fix, een nieuwe bewerking van de Thesaurus Linguae Graecae van Stephanus (9 dln, Parijs 1831-1864) mogelijk geworden.Lit.: Bursians Biograph. Jahrb. f. Alterthumskunde 6 (1883), blz. 112-121.
