zijn monniken-kluizenaars, in 1250 gesticht door (de H.) Petrus van Murrone (4: Coelestinus V). In 1264 gaf hun paus Urbanus IV de regel der Benedictijnen.
Hun kleding was bijna dezelfde als die van de Cisterciënsers. Zij leefden zeer streng en verbreidden zich snel in Italië, Frankrijk, Bohemen, Duitsland en de Nederlanden; op een zeker tijdstip hebben ze ca 150 kloosters gehad. Daarvan gingen er veel in de storm der Reformatie onder: de Revolutie heeft de rest weggevaagd. De Italiaanse kloosters werden in 1807 opgeheven.Lit.: Dict. Theol. Cath. II, 2064 vlg.; Hélyot, Hist. compl. et costumes des ordres monastiques, VI (1838), 180 vlg.; M.
Heimbucher, Die Orden und Kongregationen, I (1933), 212-214.