L. is de naam van een plantengeslacht uit de familie der Verbenaceeën. Het onderscheidt zich door een klokvormige, 5-tandige kelk, een nagenoeg stervormige, 5-lobbige bloemkroon, 4 of 5 korte meeldraden, een 4-hokkig, bovenstandig vruchtbeginsel met een eindelingse stijl en 1 zaadknop in elk hokje, en een steenvrucht met twee 2-hokkige en 2-zadige stenen. De bloemen staan axillair en terminaal in aren, de tegenovergestelde bladeren zijn enkelvoudig en gaafrandig of gezaagd, de takken vaak gedoomd.
Tot de soorten van dit geslacht behoren grote bomen in Brazilië en West-Indië met een zeer hard hout, bekend onder de naam Bois cotelet (wit ijzerhout).