Christelijk Latijns dichter, een uit Spanje geboortige priester, vervaardigde omstreeks 330 n. Chr. een Christelijk epos in hexameters, dat het nationale epos, de Aeneis van Vergilius, moest vervangen: als onderwerp nam hij het leven van Christus, hoofdzakelijk volgens het evangelie van Mattheus, de Evangeliorum libri IV. In dictie sloot hij zich bij Vergilius aan, moest echter voor allerlei begrippen nieuwe uitdrukkingen vinden, waardoor hij een voorbeeld voor de latere Christelijke epische dichter der Latijnse literatuur is geworden; in de stof, gegeven door het evangelie, vermocht hij geen nieuwe motieven te leggen.
Bibi.: Uitg. v. J. Huemer, in: Corp. Script. Eccles. Lat., dl XXIV (Wien 1891); Duitse vert. d.
A. Knappitsch (1910).