Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 26-08-2022

Bezemer, tammo jacob

betekenis & definitie

Nederlands ethnoloog (Delfshaven 13 Jan. 1869 - Wageningen 29 Juni 1944), was van 1891-1892 zendelingleraar op Java, van 1898 tot 1918 leraar en van 1918 tot 1939 hoogleraar in de volkenkunde en talen van Ned.-Indië aan de Rijkslandbouwschool, later Landbouwhogeschool te Wageningen, en van 1925 tot 1935 tevens bijzonder hoogleraar in het Javaans te Utrecht.

Bibl.: o.a. Volksdichtung aus Indonésien (1904); Beknopte Encyclop. v. Ned.-Indië (1921); Landbouwk. Woordenb. (1930); te zamen met ds. B. Alkema, Leerb. d.

Volkenk. v. Ned.-Indië (1927) en vele geschriften van populaire aard of bestemd voor het onderwijs.

< >