Engels historie- en portretschilder (Springfield, Pennsylvanië, V.S., 10 Oct. 1738 - Londen 11 Mrt 1820), vestigde zich reeds op 18-jarige leeftijd als portretschilder te Philadelphia en vertrok in 1760 voor een verblijf van drie jaar naar Italië.
Daarna vestigde hij zich als historieschilder te Londen, waar hij de bescherming van Koning George III genoot. Hij kreeg vele opdrachten en, ofschoon hij zelf geen opleiding aan een academie had gehad, was hij een der medeoprichters van de Royal Academy (1769). Na de dood van Reynolds (1792) volgde hij deze op als president.
Zijn belangrijkste werk is The Death of General Wolfe, omdat West hier brak met de heersende traditie: de personen op een historisch tafereel, ongeacht het tijdperk waarin dit speelt, te kleden naar de trant van de Grieken en Romeinen.
Lit.: John Rothenstein, An Introduction to Eng. Painting (London 1933, 2de dr. 1947); H. E. Jackson, B. W., his Life and Works(Philadelphia 1900); L. Einstein, Divided Loyalties (1933).
