Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 20-08-2018

Schubdier

betekenis & definitie

Schubdier (Manis) is de naam van een zoogdierengeslacht uit de orde der Tandeloozen (Edentata). Het onderscheidt zich door het ontbreken der sleutelbeenderen en vooral door de vrij groote, harde, hoornachtige, als de Ieijen van een dak gerangschikte schubben, waarmede het ligchaam dezer dieren bekleed is, en zij komen overeen met de Amerikaansche mieren-eters, welke zij in de warme gewesten van Azië en Afrika vervangen. Dreigt er gevaar, dan kunnen zij zich bolvormig oprollen, evenals onze egels.

Tot de soorten van dit geslacht behooren: het langstaartige schubdier (M. tetradactylus), met een staart, die de dubbele lengte heeft van het lijf, en met 11 rijen zwarte, geel gezoomde schubben; — het kortstaartige schubdier (M. brachyura, zie bijgaande afbeelding), op Ceylon, Sumatra en in Bengalen voorkomende; — het Javaansche schubdier (M. javanica), op Java, Sumatra en Bornéo levende. Dit schubdier bewoont bergachtige, boschrijke streken, klimt in de boomen, maar vestigt zich doorgaans tusschen de wortels, graaft gaten in den grond, en zoekt voedsel in mieren- en termietennesten. De inboorlingen eten zijn vleesch en vervaardigen amuletten van zijne schubben.

< >