Peters. Onder dezen naam vermelden wij:
Christiaan August Friedrich Peters, een verdienstelijk sterrekundige, geboren te Hamburg den 7den September 1806. Geruimen tijd was hij onder de leiding van Schumacher werkzaam op de sterrewacht te Altona, werd in 1834 observator, daarna observator en in 1839 tweede directeur op de sterrewacht te Poelkowa, in 1851 hoogleeraar in de sterrekunde te Königsberg, en in 1854 directeur van de sterrewacht te Altona en in 1873 van die te Kiel. Hij heeft zich zeer verdienstelijk gemaakt door zijn onderzoek der vaste sterren en der beweging van Sirius, door zijne bepaling der lengte van den secondeslinger, door zijne theorie der astronomische instrumenten, alsmede door zijne waarnemingen en berekeningen van kometen. Sedert 1854 is hij redacteur van de „Astronomischen Nachrichten”.
Wilhelm Karl Hartwig Peters, een verdienstelijk natuuronderzoeker, geboren te Coldenbüttel bij Eiderstedt den 22sten April 1815. Hij studeerde te Kopenhagen en te Berlijn, begaf zich naar de Middellandsche Zee, vertrok in 1842 over Lissabon en Angola naar Mozambique, bezocht ook Zanzibar, de Comoren en Madagascar, alsmede de Kaap en OostIndië en keerde in 1848 over Egypte terug. Hij werd in dat jaar prosector aan het ontleedkundig instituut te Berlijn, in 1861 hoogleeraar in de geneeskunde en in 1856 in de dierkunde aldaar, alsmede directeur van het zoölogisch muséum. Behalve onderscheidene werken over dierkunde schreef hij: „Naturwissenschaftliche Reise (1852—1868,5 dln)”. — Zijn broeder Christian Heinrich Friedrich Peters wijdde zich bovenal aan de studie der sterrekunde, was werkzaam op de observatoria te Napels en te Palermo, vervolgens bij de opmeting der kust in de Vereenigde Staten en werd directeur der sterrewacht te Clinton in New-York. Hij vestigde hoofdzakelijk zijne aandacht op de cometen en kleine planeten (asteroïden); 22 van deze werden tot 1877 door hem ontdekt.
Pieter Francis Peters, een verdienstelijk landschapschilder. Deze, een zoon van een glasschilder te Nijmegen en aldaar geboren in 1818, begaf zich in 1836 naar Würtemberg en Beijeren, in 1841 naar Manheim en woont sedert 1845 te Stuttgart, waar hij kort daarna met den schilder Herdtle eene permanente tentoonstelling van schilderijen opende. Hij volbragt onderscheidene studiereizen naar Italië, het zuiden van Frankrijk, Zwitserland en Tyrol. Bij voorkeur schildert hij natuurtooneelen uit de Zee-Alpen. Van zijne schilderijen in olieverf bevinden zich de meeste in de Koninklijke paleizen in Würtemberg; ook leverde hij keurige stukken in waterverf. Op de tentoonstelling in het Kristallen Paleis te Londen verwierf hij de groote gouden medaille.
Christian Karl Peters, een Deensch beeldhouwer, geboren den 26sten Julij 1822 in het kerspel Randböl bij Veile. Hij bezocht de Académie van schoone kunsten te Kopenhagen, behaalde onderscheidene medailles en oefende zich 3 jaar te Rome. Onderscheidene kunstgewrochten van zijne hand worden met grooten lof vermeld.