Lycium L. is de naam van een plantengeslacht uit de familie der Solaneën. Het onderscheidt zich door een klokvormigen, 5tandigen kelk, eene trechtervormige, 5-spletige bloemkroon, behaarde meeldraden en eene 2-hokkige bes met een dik, veelzadig tusschenschot. Het omvat een aantal doornachtige heesters met lange, neêrhangende takken en afwisselende, bundelvormige bladeren met kleine bloemen in de oksels.
Zij groepen in de warmere landen. L. afrum L., in het noorden van Afrika en in Valencia te vinden, heeft fraape, donkerpaarse bloemen en ronde, geelachtige bessen, bijna zoo groot als kersen. Te voren bereidde men uit de takken en bladeren een geneeskrachtig extract, terwijl men in Spanje de jonge bladeren en spruiten als salade nuttigt, i. barbarum L. (Jasminoides flaccidum Moench), met lange, neerhangende, lichtgrijze, eenigzins kantige, gedoomde takken, lancetvormige bladeren, liohtroode of paarse bloemen en roode bessen, vindt men als slingerplant in de hagen langs de Middellandsche Zee, — en L. europaeum, eene zeer doornige slingerplant met opgaande, heen en weder gebogen takken, wigvormige bladeren, lichtroode bloemen en gele bessen, groeit desgelijks in het zuiden van ons werelddeel.
