Florijn, in het Latijn florenus, in het ltaliaansch fiorino, in het Fransch en Engelsch florin, is de naam van eene gouden munt, die in de 11de eeuw te Florence (Fiorenza) geslagen werd. Zij had de grootte van een ducaat en droeg aan de eene zijde het beeld van Johannes de Dooper. Weldra had men er ook in andere landen, bijvoorbeeld onder Lodewijk VI en VII in Frankrijk (florin d’or en florin de St.
George). Daaruit is de goudgulden der middeleeuwen en de latere gulden ontstaan, die men nog met eene f, de eerste letter van het woord florijn, aanduidt. De oude naam is bewaard gebleven in den Toscaanschen met eene lelie gestempelden fiorino van het jaar 1826 en ter waarde van 1⅓ lire, alsmede in den Engelschen florin van 1849 ter waarde van 2 shillings, dus 120 cents Nederlandsch, zoodat hij ongeveer met die van den Oostenrijkschen florijn overeenstemt.
