Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 19-03-2018

Bianchini (Francesco)

betekenis & definitie

Bianchini (Francesco) of Blanchinius, een beroemd Italiaansch sterre- en oudheid­kundige, werd geboren te Verona den 13den December 1662. Hij ontving aanvankelijk on­derwijs aan het collegie der Jezuïeten aldaar, studeerde vervolgens te Padua in de godge­leerdheid, maar legde zich tevens toe op de wis- en natuurkundige wetenschappen, ter­wijl hij zich in 1684 naar Rome begaf, waar hij met ijver de regtsgeleerdheid en oudheid­kunde beoefende, alsmede de Hebreeuwsche, Grieksche en Fransche talen.

Hier kwam hij in kennis met vele uitstekende geleerden. Reeds te voren had hij in zijne geboorteplaats de “Academie der Alethophili (waarheidsvrien­den)” gesticht, — nu hield hij zich vooral bezig met de nasporing der Romeinsche oudheden.

Paus Alexander VIII schonk hem eene rijke proostdij en bezorgde hem de betrekking van bibliothecaris bij zijn neef, den kardinaal Piétro Ottoboni, terwijl Clemens IX hem be­noemde tot secretaris der commissie, die on­der het voorzitterschap van één der kardi­nalen met de verbetering van den kalender was belast. Aan Bianchini werd opgedragen, om in de kerk van Santa Maria degli Angeli eene middaglijn te trekken en een zonnewijzer te plaatsen, ’t geen hij, bijgestaan door Maraldi op eene loffelijke wijze volbragt. Ook later, bij het trekken eener middaglijn te Colorno, bleek zijne uitstekende bekwaam­heid. Op eene reis naar Parijs, Lotharingen, Holland, Vlaanderen en Engeland knoopte hij betrekkingen aan met zijne meest-beroemde tijdgenooten. Clemens XI verhief hem tot opzigter over alle oudheden en kunstschat­ten te, Rome, en zond hem daarna, als ge­schiedschrijver van het gezantschap, met den kardinaal Barberini naar Napels. Innocentius XIII vereerde hem met de benoeming tot huis-prelaat, en Benedictus XIII schonk hem den eersten rang onder de geschiedschrijvers bij het Concilie, hetwelk in 1715 te Rome gehouden werd.

Bianchini zette inmiddels zijne sterrekundige waarnemingen voort en maakte vele nieuwe bijzonderheden openbaar over de vlekken der planeet Venus. Hij overleed op den 2den Maart 1729, een groot aantal ge­schriften, vooral van geschiedkundigen inhoud nalatende. In den dom zijner geboortestad werd een marmeren gedenkteeken ter zijner eere opgerigt.

< >