correct - Bijvoeglijk naamwoord
1. foutloos, goed
♢ Hij had een 10 voor zijn proefwerk want al zijn antwoorden waren correct.
2. burgerlijk, saai, onberispelijk uit moreel oogpunt, zonder af te wijken van de etiquette, politiek correct
♢ Een notaris moet altijd correct gekleed zijn.
Woordherkomst
afgeleid van het Franse 'correct' (juist) (met het voorvoegsel cor-)
Antoniemen
incorrect
Gepubliceerd op 03-10-2017
correct
betekenis & definitie