KERKELIJK SYSTEMA (klerikaal systema). Een onder de Vrijmetselaren, door den overleden opper-Hofprediker VON STARCK in Darmstadt, opgerigt systema, van welks bestaan men in 1767 de eerste sporen aantreft, en hetwelk in het tijdvak ontstond, toen de Strikte Observantie tot haren hoogsten bloei geraakten.
Toenmaals gaven hare verbreiders voor: ‘Er bestaat een geheim Hoog-Kapittel van kerkelijken (geestelijken), met welke alleen hij (VON STARCK) en nog eenige weinigen, in betrekking stonden. Deze opperhoofden hadden de hoofdleiding der Vrijmetselarij, en waren in het bezit der hoogste wetenschappen van dezelve. Ook is de Orde der Vrijmetselaren uit de Tempelieren voortgekomen; de geestelijken waren de bewaarders en onderhouders der geheimen. Dit systema was in zeven graden verdeeld, namelijk:
1.) Leerling;
2.) Medgezel;
3.) Meester; (deze drie waren de gewone St Johannes-graden, evenwel met veranderingen en bijvoegsels, die den stempel van het Jezuïtisme droegen.)
4.) Jong-Schot;
5.) de Schotsche oud-Meester, of St. Andreas-Ridder;
6.) de Provinciaal Kapittelhouder van het roode Kruis, en
7.) de Magus, of de Ridder der Helderheid en des Lichts, welke graad weder in 5 afdeelingen verdeeld werd, namelijk: a.) de Novice van het 3e. jaar; b) de Ridder Novice van het 5e. jaar; c.) de Ridder Novice van het 7e. jaar; d.) de Leviet en e.) de Priester.