Gepubliceerd op 17-02-2021

Haarlemmermeer

betekenis & definitie

1) Naam van een drooggelegden waterplas, omstreeks den tijd dat met de drooglegging een aanvang werd gemaakt 6 uur lang en 3 uur breed, grootendeels in de provincie Noord- en ten deele in Zuid-Holland gelegen, aan de noordzijde van Rijnland, tusschen Amsterdam, Haarlem en Leiden en de dorpen Aalsmeer en Sloten, overdekte meer dan 18.000 heet. en had een gemiddelde diepte van 4 ned. el. Reeds in den bourgondischen tijd bestonden hier een menigte waterplassen.

In de 16de eeuw bestonden er 6 kleine meren: het Haarl. m., het Leidsche m., het Oude m., het Spiering-m., het Helle-m. en het Nieuwe m. De vier eerstgenoemde hebben zich vervolgens met het later gevormde Helle-m. tot een enkel meer vereenigd, het Haarlemmermeer genoemd. Deze vereeniging schijnt tot stand gebracht door de sterke vervening tot het verkrijgen van brandstof. Dit meer is gedurende 277 jaren driemaal in uitgebreidheid toegenomen. Het water, dat bij stormen zich hoog verhief, kon slechts door kostbare sluizen en dijken in bedwang gehouden worden. Reeds vroegtijdig, het eerst in 1617 door A. de Hoog, werd het denkbeeld geopperd om dit meer te bedijken en droog te maken.

Herhaaldelijk werden er plannen en ontwerpen daartoe gevormd, in 1635 door Jan Adriaansz. Leeghw7ater in zijn Haarlem menneer-boecJc (1641 of 1642, meermalen uitgeg.), in 1742 door Cruquius en Noppen met den landmeter Bols tra, in 1796 door Klinkenberg en Goudriaan, in 1808 door A. Blanken Jzn. In 1821 gaf F. G. baron van Lynden van Hemmen een verhandeling hierover uit, die echter door den hoogleeraar De Gelder en een ongenoemde bestreden werd. Eindelijk, toen door de stormen van 29 Nov. en 26 Dec. 1836 de gevaren van Rijnland zich dreigend vertoonden, legde de regeering in Febr. 1838 een ontwerp van wet tot droogmaking van het H. aan de Tweede kamer voor, dat echter werd verworpen, waarna een nieuw ontwerp in 1839 aangenomen werd. (Verg.

Gevers van Endegeest, Over de droogmaking van het H. en v. d. Boon Mesch in het „Tijdschr. van Nijverheid” dl. 18). In 1840 begon men het reuzenwerk met het leggen van een doorloopenden ringdijk, van omstreeks 11 uur gaans, ter afsluiting van het meer, en het graven eener ringvaart om het water af te voeren en voor de scheepvaart te dienen. Door middel van drie kolossale stoomwerktuigen, ieder van 400 pk.: de Leeghwater aan de z.zijde bij de Kaag, de Cruquius aan de n.w.zijde bij Heemstede, en de Lynden aan de n.o.zijde bij Sloten, werd in den tijd van omstreeks 39 maanden (April 1849—Juli 1852) het meer leeggemalen. De gezamenlijke kosten bedroegen 8.881.314 gld.; 16.822.57 heet. land brachten bij verkoop de som van 7.972.400 gld. op; 78 heet. bleven onverkocht, terwijl er 496 heet. ringdijks- en dijkgronden verpacht werden. De gronden zijn van verschillende hoedanigheid: de beste liggen aan de z.o.zijde van den polder, aan de Lisserbroek en naar de zijde van Sloten; de schraalste aan de n.w.zijde, ten n.o. van Beinsdorp, op de plaats van het oude H., verder ten n.o. van Abbenes, op de plaats van het oude Leidsche meer en ten z.w. van Halfweg, tusschen Amsterdam en Haarlem, in het Spieringmeer.

De polder levert koolzaad, rogge, haver, tarw7e, gerst, aardappelen, vlas, erwten, boenen en moeskruiden op; ook is er de veeteelt niet onbelangrijk. In 1902 werd door de tegenwoordige bevolking der drooggelegde gronden het halve-eeuwfeest der drooglegging van het H. gevierd.2) Haarlemmermeer, gemeente in N.-Holl. (kantonshoofdplaats, arrond. Haarlem), omgeven door de gemeenten Bennebroek, Heemstede, Haarlemmerliede, Sloten, Nieuwer-Amstel en Aalsmeer in N.-Holl. en Hillegom, Lisse, Warmond, Alkemade en Leimuiden in Z.-HolL, ontstaan door de drooglegging van den bovenbedoelden waterplas en bij wet van 16 Juli 1855 tot nieuwe gemeente gevormd, in welke zich onmiddellijk uit alle oorden des lands landbouwers neerzetten; bij de kort daarop gehouden stemming voor een gemeenteraad bleek de gemeente reeds 60 kiesgerechtigden te bevatten, welk getal bij het toenmalige kiesrecht een reeds aanzienlijke bevolking voorstelt; bij de telling in 1860 had de gemeente 7237 inw.; thans bevat H. de dorpen Hoofddorp (de hoofdplaats der gemeente), Venneperdorp of Nieuw-Vennep, de gehuchten Abbenes, Bennebroekerweg en een menigte verspreide hoeven langs de wegen die door de gemeente loopen; de bevolking bedroeg 1 Jan. 1902: 16.953 zielen. Kiesdistrict zie beneden; personeele belasting 7de klasse. Te Hoofddorp (zie ald.) is een kantongerecht gevestigd, welks rechtsgebied zich uitstrekt over de gemeenten Aalsmeer, Alkemade, Haarlemmermeer, Hillegom, Leimuiden, Lisse.
3) Kiesdistrict (Staten-Generaal), samengesteld uit de gemeenten Haarlemmermeer, Sloten, Heemstede, Bennebroek, Aalsmeer, Uithoorn, Lisse, Hillegom, Alkemade, Nieuwer-Amstel. De minima voor huur- en loonkiezers zijn te Sloten (Sloterdijk, Baarsjes en IJ-polder) en Heemstede (Meester-Lottelaan): huurprijs per week f 2 en inkomen per jaar f 500; te Sloten (Sloten en Osdorp): f 1.50 en f350; te Haarlemmermeer, Heemstede (overig deel), Bennebroek, Aalsmeer, Uithoorn en Nieuwer-Amstel f 1 en f 325; in de overige gemeenten f 0.80 en f 275. ^

< >