Gepubliceerd op 18-03-2021

G. j. c. van reenen

betekenis & definitie

(Jhr.) nederl. staatsman, geb. 30 Sept. 1818; was van 1850’—53 burgemeester van Amsterdam, van 1853'—56 in het kabinet-Van Hall minister van binnenl. zaken, daarop tot 1875 lid der Tweede kamer, die hem in 1869 tot haar voorzitter koos; 1876 vice-president van den Raad van State, die in 1889 en in 1890, gedurende de ziekte van Z. M.

Willem III, het koninklijk gezag waarnam; in 1889 minister van staat; in 1890 voorzitter van den Raad van voogdiji over H. M. Koningin Wilhelmina. Hiji overl. 31 Mei 1893.