ZONNEPAARD, o. (-en), (fab.) paard dat den zonnewagen voorttrekt;
...ROOSJE, o. (-s), zonnekruid;
...SCHERM, o. (-en),parasol, (pok) eene soort van jaloezie ; valscherm voor een winkel;
...SCHIJF, v. (sterrenk.) schijnbare schijf der zon;
...SCHIJN, m. het schijnen, het lichtgeven der zon ; (spr.) na regen komt zonneschijn, na lijden komt verblijden ; in den zonneschijn loopen, zitten.