VINKENBAAN - v. (...banen), plaats, ruimte waar vinken worden gevangen;
...BIJTER, m. (-s), klapekster;
...DIEF, m. (...ven), sperwer;
...EI, o. (-ers, -eren);
...HUISJE, o. (-s), huisje, met boomen omringd, bij eene vinkenhaan;
...JACHT, v. (-en), jacht op vinken;
...NEST, o. (-en);
...NET, o. (-ten), net om vinken te vangen; (zeew.) enternet;
...SLAG, o. (-en), werktuig om vinken te vangen;
...SNIJDER, m. (-s), strandsnijder;
...SPERWER, m. (-s);
...TIJD, m. najaar, wanneer er veel vinken gevangen worden;
...TOUW, o. touw aan een vinkenslag; aan het vinkentouw zitten, ongeduldig en gespannen zitten wachten om iets te kunnen doen;
...VALK, m. (-en), sperwer:
...VANGER, m. (-s), iem. die vinken vangt;
...VANGST, v.