Gepubliceerd op 29-11-2018

Samenstemmen

betekenis & definitie

Samenstemmen - (stemde samen, heeft samengestemd), harmonieeren: de viool stemt met de piano goed samen;

— hunne karakters stemmen niet samen, zij kunnen met elkander niet overweg;
overeenstemmen, het eens zijn. SAMENSTEMMING, v. de samenstemming van twee tonen; (fig.) er is samenstemming verkregen tusschen deze twee partijen.

< >