Rustlijn - v. (-en), (zeet.) touw of keten die het anker ophoudt, als het gekipt op den boeg ligt;
— (nat.) knooplijn van eene trillende plaat, een trillend voorwerp ;
...LIJST, v. (-en), (zeet.) lijst langs de rusten;
...MEESTER, m. (-s), opzichter van een tuighuis ;
...OORD, o. (-en), plaats, streek waar men uitrust;
...PLAATS, v. (-en), plaats waar men uitrust; pleisterplaats; verblijfplaats ;
— slaapplaats, nachtverblijf ;
— (jag.) leger van wild;
—(R.-K.)rustaltaar ;
— (bouwk.) deel van eene trap ;
— laatste rustplaats, graf ;
...PUNT, o. (-en), punt waarbij men rust of rusten moet ; steunpunt ;
— (nat.) knoop van eene trillende snaar ;
...STOEL, m. (-on), stoel met hoogen rug, leuningstoel ; kussenzetel ;
— davits van eene boot;
...STAND, m. (-en), (gymn.) stand waarbij het lichaam een weinig rust ; ruststand links, met het linkerbeen naar voren gebracht ; ruststand rechts;
...STOK, m. (-ken), (jag.) stang of kruk waarop de valk rust.