Gepubliceerd op 01-11-2018

Onttrekken

betekenis & definitie

(onttrok, heeft onttrokken), ontrukken; ontnemen, doen verliezen : zij onttrekken u uwe nering; iets buiten iemands macht of bereik brengen : door het slingerend pad was hij weldra aan de oogen zijner moeder onttrokken;

— zich onttrekken, zich buiten het bereik van iets brengen : hij onttrok zich aan de verantwoording door uit het land te wijken;
— zich niet of niet meer met iets inlaten: als er werkelijk hulp noodig is, zal ik mij natuurlijk niet onttrekken. ONTTREKKING, v. (-en), het onttrekken.