Het begrip langs heeft 2 verschillende betekenissen:
1. langs - Langs vz. eene strekking in de lengte aanduidende bezijden, voorbij langs de rivier wandelen; deze weg loopt langs het bosch; (fig.) langs welken weg ? door welk middel ?; hier langs, daar langs, dezen, dien weg op, in deze of die richting; langs (dicht bij) de kust;
— (fig.) hij gaf hem langs {de ooren) of er van langs, een geducht pak slaag;
— hij kreeg er {van) langs, kreeg een geducht pak slaag, (fig.) hij werd doorgehaald;
— *t gaat er zoo wat langs, het gaat gebrekkig, slordig;
— hij komt er raar langs, moet zich zeer behelpen. [Langs vormt met werkw. eene menigte koppelingen als langsdrijven, langsgaan, langsgooien, langshouden, enz, waarvan slechts eene enkele opgenomen is].
2. langs - Langs bw. langer, in hoe langs zoo meer; hoe langs zoo grooter; zoo langs zoo meer, enz.