INSTALLEEREN, (installeerde, heeft geïnstalleerd), (iem.) in een ambt of eene waardigheid plechtig bevestigen: iem. installeeren als burgemeester, als lid van den Raad van State; de groenen installeeren, plechtig als lid van het corps opnemen;
— zich ergens installeeren. vestigen en geheel inrichten;
— (van machines enz.) aanbrengen, stellen en voor het gebruik gereed maken;
— (lokalen en gebouwen voor technisch gebruik) ze inrichten, uitrusten.