Gepubliceerd op 06-09-2018

Gevolg

betekenis & definitie

GEVOLG, o. de gezamenlijke personen die een vorst of ander hooggeplaatst persoon volgen of begeleiden een groot, een talrijk, een schitterend gevolg; de prins met zijn gevolg;

— het volgen van, het gehoor geven aan eene oproeping ik zal gaarne aan uwe vriendelijke uitnoodiging gevolg geven;
— voortgang geen gevolg geven aan eene zaak, ze niet voor den rechter brengen;
— aan een plan, een besluit gevolg geven, het volvoeren, ten uitvoer brengen;

—, (-en), wat uit iets volgt, voortvloeit: de ziektte was een gevolg van overspanning; nu ondervindt hij de gevolgen van zijn gedrag; denk aan de gevolgen; een noodwendig, natuurlijk, onvermijdelijk gevolg;
— keten van oorzaken en gevolgen; de poging had niet het gewenschte gevolg;
— hij heeft met goed gevolg examen gedaan, met goeden uitslag, werd toegelaten, verkreeg het diploma, de akte;
— die onvoorzichtigheid had schromelijke gevolgen kunnen hebben; kleine oorzaken hebben soms groote gevolgen; zij heeft een professor geraadpleegd, doch zonder gevolg, zonder dat hij afdoende middelen voor de genezing wist aan te geven;
— ik vrees, dat die zaak gevolgen zal hebben, bedenkelijke gevolgen na zich zal sleepen;
— iem. voor de gevolgen aansprakelijk stellen, hem verantwoordelijk stellen voor de nadeelen die uit iets kunnen voortvloeien;
— aan de gevolgen van iets overlijden, aan de nawerking er van;
— scheiding van tafel en bed heeft altijd de scheiding van goederen ten gevolge, brengt die mede;
— ten gevolge van ’s konings bevel moest hij het land ruimen, uit hoofde van, naar aanleiding van;
— (wisk.) eene waarheid die onmiddellijk voortvloeit uit eene bewezen stelling of uit een der onderdeelen van haar bewijs.