GEOGRAPHISCH, bn. aardrijkskundig de geographische meridiaan (eener plaats), het vlak, dat door deze plaats en de beide polen der aarde gaat;
— geographische breedte (eener plaats), de boog van den geogr. meridiaan tusschen den evenaar en die plaats;
— geographische (of Duitsche) mijl, 1/15 van een graad, een afstand van 7420,438 Meter;
— het geographisch net, de elkaar kruisende lijnen over eene aardglobe of eene wereldkaart, die de meridianen en parallellen voorstellen.