ELECTRISEEREN, (electriseerde, heeft geëlectriseerd), electriciteit opwekken, mededeelen;
— (geneesk.) iem. electriseeren, een of meer electrische stroomen of wisselstroomen door een of meer lichaamsdeelen van den patiënt doen gaan;
— akkers electriseeren, planten op de akkers onder invloed van electriciteit van hooge spanning brengen, waardoor de groeikracht vermeerderd wordt; korenakkers electriseeren geeft 30 tot 40% gewin: de aren zijn voller, het stroo langer, de opbrengst grooter en de kwaliteit beter;
— (fig.) iem. onverwachts schokken; doen ontstellen (van vreugde of droefenis); in sterke mate aanvuren, prikkelen, opwekken tot. ELECTRISEERING, v. het electriseeren.