Gepubliceerd op 01-09-2018

Bod

betekenis & definitie

BOD, o. de som gelds die de kooper verklaart te willen betalen; de handeling van het bieden;

zijn bod verbeteren, meer bieden;
— een bod naar iets doen, naar iets staan, dingen (ook fig.);
— een heel bod naar iets doen, voor iets in aanmerking komen;
— iem. bij *t eerste bod den koop toeslaan, bij eene onvoorzichtige belofte iem. aan zijn woord houden;
— twee aan bod (bij verkoopingen), twee bieden hetzelfde;
— de eerste aan bod zijn, recht hebben op den voorrang;
— iets in bod stellen, brengen (bij veilingen), ten verkoop aanbieden; (ook) het eerste bod doen op iets; (ook) tot zekeren prijs opbieden;
— hoe hoog staat dat huis in bod ? voor hoeveel is het voorloopig toegewezen;
— (gew.) bod sturen, een boodschap sturen.