Gepubliceerd op 01-09-2018

Bloeien

betekenis & definitie

BLOEIEN, (bloeide, heeft gebloeid), in bloei staan, bloesem dragen onze perzik bloeit in April; een bloeiende boomgaard is een prachtig gezicht; dat kind kan hier groeien noch bloeien, aardt hier in ’t geheel niet, kwijnt hier weg;

— (fig.) voorspoed genieten eene bloeiende stad;
— de kunsten bloeiden in dat tijdvak, werden toen gelukkig beoefent;
— eene bloeiende gezondheid genieten, volkomen gezond en er frisch en blozend uitzien;
— eene bloeiende maagd, (dicht, voor) een flink, gezond meisje.