Gepubliceerd op 01-09-2018

Bedrog

betekenis & definitie

BEDROG, o. bedriegerij, bedrieglijke handeling bedrog plegen; bedrog in den boterhandel; een vroom, een heilig bedrog, bedriegerij om bestwil;

huichelarij; j
droomen zijn bedrog, zijn geene werkelijkheid, men kan er geen staat op maken (meestal ter geruststelling gezegd tot iem. die akelig gedroomd heeft);
—(spr.) in 't fijnste laken is ’t meeste bedrog, gezegd in toepassing op schijnheiligen;
— een optisch bedrog, een gezichtsindruk die niet met de werkelijkheid overeenstemt.