v. de praktijk onder de armenbevolking, inz. van den armendokter;
...RECHT, o. recht om kosteloos te mogen procedeeren;
...SCHOOL, v. (...scholen), eene school waar de kinderen van onvermogenden kosteloos onderwijs ontvangen;
...VERPLEGING, v.;
...VERZORGER, m. (-s), die belast is met de zorg voor de armen, inz. een diaken;
...VERZORGING, v.;
...VOOGD, m. (-en), armvoogd;
...WET, v. (-ten), wet van 1870 (1 Juni) tot regeling van het armbestuur, de verzorging der armen;
...WIJK, v. (-en), armenbuurt;
...ZAKJE, o. (-s), zakje waarin tijdens de godsdienstoefening liefdegaven voor de armen worden ingezameld, in tegenstelling met het kerkezakje.