AFKNIBBELEN, (knibbelde af, heeft afgeknibbeld), met moeite en kleingeestig afdingen (van, op den prijs van iets);
— (fig.) de regeering heeft niets van haar stelsel laten afknibbelen, niets daarvan prijsgegeven, het in zijn vollen omvang gehandhaafd;
— iem. iets afknibbelen, door kleingeestige inhaligheid van hem verkrijgen, het hem door overdreven winzucht laten betalen of afstaan, meest op onwettige wijze en dus met het bijdenkbeeld van afzetterij. AFKNIBBELING, V. (-en).